 |
 |
 |
 |
|
 |
 |
Vak: Muzische Vorming
Leerjaar: 5
de
lj.
Aantal lln:
Onderdeel: Beeld
Lesonderwerp: Etnische kunst: Aboriginals
Lestijd:
Beginsituatie (inhouden, voortaken, werkvormen, leerlingenkenmerken, actualiteit,
accommodatie …)
Voor de leerlingen: de lln. knutselen graag. De lln. hebben alles van hun bank moeten
halen.
Voor de leerkracht: de lkr. brengt kranten, keukenpapier, plastic bordjes en
verschillende soorten spijkers mee.
Voor de omgeving: in de klas is verf en zwart tekenpapier aanwezig. De lln. zitten op
hun normale plaats in de klas.
Doelen van de activiteit (cognitief, psychomotorisch, sociaal en affectief)
Van de leerlingen wordt verwacht dat ze:
C:
Kunnen verwoorden wie Aboriginals zijn.
Kunnen verwoorden dat de Aboriginals een etnische kunst is waarbij met stippen
wordt gewerkt.
PM:
Met spijkers verschillende diktes van stippen kunnen maken.
D.m.v. deze stippen een etnisch kunstwerk kunnen maken.
DA:
Bereid zijn om mee te werken.
Bereid zijn om respect te tonen voor elkaar.
Bereid zijn om ordelijk te werken.
Informatiebronnen
Leerplan: VVKBO, 1999, Muzische opvoeding, Beeldopvoeding, 3.2, 5.1, 5.3, 6.3, 13.4, 13.5,
13.6, 13.8.
Handboek van de school: /
Andere bronnen: