voor nog meer lessen: Lesidee.nl
help bij deze pagina

Gezondheidseducatie: Eten en drinken

Groep: groep7,groep8
Vakgebied: gezondheidseducatie
Thema: eten en drinken
Omschrijving: Een lesje over eten en drinken: het belang hiervoor voor mensen en waardoor het zo belangrijk is.
Zoekwoorden: eten drinken gezondheid gezondheidseducatie

Les gezondheidseducatie

Doelstellingen:
-
De leerlingen leren de verschillende voedingsmiddelen. 
-
De leerlingen worden bewust van hun eigen voedingspatroon. 
-
De leerlingen leren welke dranken gezond zijn. 
-
De leerlingen leren de functies van de voeding en de noodzaak van voldoende
vochtaanvoer. Vocht is een niet zo bekend begrip bij de leerlingen.

Inleiding:
Hoe blijven wij gezond? De kinderen reageren. Eten en drinken is het belangrijkste voor het
lichaam om gezond te blijven. De kinderen gaan daarna in groepjes zitten.

Kern: 
De kinderen zitten in groepjes en moeten de vraag beantwoorden

waarom eten en drinken wij?
Na 5 minuten bedenk- en overlegtijd gaan we het bespreken. Achtergrondinformatie over
deze vraag vindt u hierachter.
Als dit duidelijk is staan er nog wat vragen op het bord die de kinderen ook moeten
bantwoorden.:
-
Hoe laat sta je op? 
-
Wat eet en drink je bij het ontbijt? 
-
Wat eet en drink je tijdens de speeltijd? 
-
Wat eet en drink je tijdens de middag? 
-
Wat eet en drink je als je uit school komt? 
-
Wat eet of drink je s avonds? 
-
Heb je tussendoor gesnoept?

Dit gaan we ook bespreken. Dan krijgen alle kinderen een tabel met wat de dagelijkse
behoeften zijn en gaan dat veergelijken met wat ze opgeschreven hebben. 



kinderen 4-12j.
tieners 12-20j.
Melk en melkproducten
2 glazen, 300ml
2 glazen, 300ml
Kaas
een halve - 2 snede, 20 gr
1-2 sneden, 40 gr.
Vlees, vis en kip
65 -100 gr.,50- 75gr. gaar
100 gr., 75gr. gaar
Vleeswaren
een half -1 plakje
1-2 plakjes
Minarine op brood
5gr. per sneetje, dun
gesmeerd
5gr. per sneetje, dun gesmeerd
Margarine of olie voor de
bereiding
15 gr., 1 eetlepel
15 gr., 1 eetlepel
Bruin brood
3-5 sneetjes
5-8 sneetjes
Aardappelen
1-4 stuks, 50-200 gr
4-6 stuks, 200-300 gr.
Groenten
2-3 lepels groente
3-4 lepels groente
Fruit
1-2 vruchten, 100- 200 gr.
2 vruchten, 200 gr.
Vocht
1,5 liter
1,5 liter




Afsluiting:
We gaan als afsluiting de verschillen bespreken en ieder kind gaat voor zichzelf opschrijven
wat hij meer of minder moet gaan eten.

Materialen:
-
papier
-
kopie van de tabel
-
bord

achtergrondinformatie over waarom eten en drinken wij.

Een mens heeft voedsel nodig om in leven te blijven. Voeding is een primaire levensbehoefte.
Er is een relatie aangetoond tussen voeding en gezondheid.
In de ontwikkelingslanden is er een voedseltekort. De mensen lijden er honger. Ze krijgen niet
voldoende voedingsstoffen binnen en er ontstaan bepaalde ziekten de zogenaamde
deficiëntieziekten (vb. scheurbuik op de schepen die voor een hele periode gingen vissen naar
IJsland). 
In onze Westerse wereld is er een overvloed aan voedsel. Het gevaar bestaat echter dat we te
veel of te eenzijdig eten en daardoor ook ziek kunnen worden. Deze ziekten worden
welvaartsziekten genoemd.

Een mens is de ganse dag bezig. Daar heb je allerlei dingen voor nodig. Je hebt kleren nodig,
anders krijg je het koud. Je hebt slaap nodig, omdat je anders moe wordt. Zo heb je ook eten
nodig, omdat je honger hebt, je het lekker vindt of voor de gezelligheid, maar vooral omdat je
lichaam de stoffen die in voedsel zitten nodig heeft. Die stoffen heten voedingsstoffen
De hoeveelheid voeding die we nodig hebben, varieert van mens tot mens. Kinderen in de
groei, sportmensen en mensen die zware arbeid verrichten, zullen meer voeding nodig hebben
dan bijv. mensen die dagelijks achter een bureau zitten. 

Die voedingsstoffen die in voedsel zitten, zorgen voor drie dingen: 
-
leveren van energie: je hebt energie nodig die voor alles wat je doet, niet alleen om sport
te doen of lichamelijk actief bezig te zijn maar ook om te staan, te zitten en zelfs om te
slapen. Om energie te krijgen moet je eten. Energie haal je uit koolhydraten of suikers en
vetstoffen. Koolhydraten zitten in suiker, brood, aardappelen, rijst, deegwaren en
peulvruchten zoals erwten en bonen. Enkelvoudige koolhydraten, zoals glucose in honing,
tweevoudige suikers, zoals lactose in melk en meervoudige suikers, zoals zetmeel in
aardappelen, brood en deegwaren. Vetten in boter, olie, margarine en minarine zijn
zichtbare vetten. Verborgen vetten vind je ook in vlees, vis, kaas, eieren, gebak ... 
-
opbouwen, onderhouden, herstellen: je lichaam moet groeien van baby tot volwassene. Je
haar moet groeien en je nagels. En als je bent gevallen of je hebt je gekwetst dan moet die
wonde ook weer dichtgroeien. Voor al die groeizaken heb je extra bouwstoffen nodig
zoals eiwit, kalk en ijzer. Eiwit zit in vlees, vis, gevogelte, kaas, melk, eieren,
peulvruchten en sojaproducten. Kalk zit vooral in melk en melkproducten. IJzer zit in
vlees, bruin brood, volkorenproducten (bruine rijst, volkoren deegwaren, muesli...) en in
vele granen. 
-
regelen en beschermen: je lichaam zit erg ingewikkeld in elkaar. Als je ziet wat je al met
je vinger kan doen (buigen, wijzen, voelen). Binnen in je lichaam gaat het nog
ingewikkelder aan toe. Je hart pompt bloed rond, je hebt een maag en nieren, een lever en
darmen. Die zijn allemaal bezig met het eten dat je eet uit elkaar te halen en te sorteren op
wat je lichaam goed kan gebruiken en wat niet. 
Vitamines en mineralen uit het eten zorgen ervoor dat het sorteren goed gaat. Vitamines
en mineralen zijn regelende en beschermende stoffen. Zij verhogen de lichaamsweerstand
tegen ziekten. 

Vitamine C is wellicht de meest gekende vitamine. Fruit, groenten en
aardappelen zijn de grootste leveranciers. 

Vitamine A zit in vette vis, eierdooier, boter, margarines en in volle en
halfvolle melkproducten. 

Vitamine D krijgt ons lichaam via de zon en de voeding. Het zit in melk, kaas,
eieren, vette vis (bv. makreel, haring, zalm) boter, room en wordt toegevoegd
aan margarines en minarines. Vitamine D is belangrijk bij de opname van
calcium. 

kalk of calcium: nodig voor het beenderstelsel en het gebit en komt voor in
melk en melkproducten; 

ijzer is nodig om zuurstof in het bloed op te nemen en komt voor in alle
volkorenproducten, groenten en vlees; 

fluoride speelt een belangrijke rol bij de opbouw van het tandemail. Hierdoor
krijgt het gebit meer weerstand tegen tandbederf. Fluoride komt voor in de
vorm van tabletjes, in vis, thee en tandpasta.

Vezels behoren ook tot de beschermende stoffen. 

Water is een belangrijk transportmiddel in ons lichaam. Ons lichaam bestaat
voor 2/3 uit water. Die voorraad moet dagelijks aangevuld worden met 1,5
lieter. vloeistof om onze vochtreserve op peil te houden en uitdrogen te
voorkomen. Bij voorkeur kiezen we voor melk, water, koffie, thee zonder
suiker, soep en vruchtensappen zonder toegevoegde suikers. Limonades zijn te
zoet (ze bevatten te veel suiker).





Help bij deze pagina

Dit is het overzicht van de door jou gekozen les. Je vindt hier achtereenvolgens:

leseigenschappen
een html-versie van de les om snel doorheen te kunnen bladeren
het is belangrijk om lessen ook te beoordelen
mogelijkheid om de Word-versie te downloaden
door anderen al gemaakte opmerkingen bij deze les
Les
Bestand:      Les_gezondheidseducatie.doc
Datum:      09-03-2005
Sender:      Anoniem
Titel:      Gezondheidseducatie: Eten en drinken
Groep:      7,8    [ groep : vragen & opmerkingen ]
Vakgebied:      gezondheidseducatie    [ vakgebied: vragen & opmerkingen ]
Thema:      eten en drinken    [ thema: vragen & opmerkingen ]
Omschrijving:      Een lesje over eten en drinken: het belang hiervoor voor mensen en waardoor het zo belangrijk is.
Beoordeling:      Het gemiddelde cijfer is 7.5 (2 beoordelingen)
Preview
Deze les beoordelen
Downloaden (Word document)
Les_gezondheidseducatie.doc
Al eerder gemaakte opmerkingen
gebruikersnaamcijferopmerking
olliebollieke9Ik denk dat deze les de betrokkenheid van de leerlingen enorm zal vergroten. De leerlingen zijn tijdens de les actief en zo gaan ze het meest leren. Ik vind het een hele leuke en educatieve les. Super!!