voor nog meer lessen: Lesidee.nl |
herfst rekenenGroep: groep1,groep2Vakgebied: natuuronderwijs Thema: herfst Omschrijving: Voorbereiding op een herfstrekenspelletje, waarbij je eikels, kastanjes, beukenootjes, dennenappels en hazelnoten gebruikt Zoekwoorden: herfst rekenen eikels beukenootjes kastanjes hazelnoten dennenappels Formulier 2a Werkformulier: VOORBEREIDEN EN EVALUEREN VAN STAGEACTIVITEITEN MET KLEUTERS ¹ 1. Beginsituatie Wat kennen en kunnen de kinderen al m.b.t. deze activiteit? Hoe sluit de activiteit aan bij de belangstelling en ervaringen? De kinderen zijn al bezig met het thema herfst. Dus ze weten al wat van de herfst af. Ze zijn de vorige les (dat ik er was) naar het bos geweest om materialen te zoeken die te maken hebben met de herfst. Feedback mentor 2. Bedoelingen Welke bedoelingen heb je met de activiteit? Wat wil je dat de kinderen bij deze activiteit ervaren, leren? Mijn bedoelingen van de activiteit zijn om de kinderen op een leuke manier met rekenen bezig te laten zijn. Ik hoop dat de kinderen leren dat ze ook met o.a. kastanjes en eikels kunnen rekenen. Het gaat nu nog meer om het tellen op deze leeftijd maar ik hoop dat ze nu ook al een beetje kunnen optellen. (dit zal vooral in groep 2 meer kans op slagen hebben dan in groep 1) 3. Organisatie Welke leermiddelen, materialen ga je gebruiken? Wat moet je van te voren regelen, klaarzetten? Met welke kinderen ga je werken? (hele groep, groepjes, groepje) Hoe organiseer je het opruimen? (taakverdeling, regels en afspraken) - Tijdens deze les ga ik een boek over de herfst gebruiken. Ook ga ik wat herfstmaterialen gebruiken zoals: kastanjes, eikels, beukennootjes, dennenappels en hazelnoten. - Van tevoren moet ik de materialen al naast me hebben liggen zodat ik ze gelijk kan pakken als ik ze nodig heb. - Ik ga deze activiteit met de hele groep uitvoeren. Voor de kinderen van groep 1 zal ik iets makkelijker rekenspelletjes gebruiken dan voor groep 2. Maar ik probeer het zo te combineren. Eerst iets makkelijks en dan wat moeilijks. Zo kunnen de kinderen uit groep 1 ook mee kijken en als ze het antwoord weten mogen ze dat ook geven. - Als ik klaar ben met mijn rekenactiviteit leg ik de kinderen ook uit dat ze als ze aan de werkjes beginnen de kinderen ook een herfsttekening mogen maken. Die ik graag wil hebben, omdat ik die op school moet laten zien. 4. Leerinhoud Hoe begin je de activiteit? (uitleg, demonstreren, anders .) Welke materialen ga je hierbij gebruiken? De kinderen moeten aan het begin van de activiteit in de kring zitten zodat ik mijn boekje over de herfst voor kan gaan lezen. (Het eekhoorntje en de maan) Na deze activiteit wil ik met de kinderen wat rekenspelletjes gaan doen. Dit wil ik doen met hazelnoten, kastanjes, eikels, beukennootjes en dennenappels. (deze leg ik allen op een theedoek) Al deze materialen komen ook in het boek voor. Werkformulier: VOORBEREIDEN EN EVALUEREN VAN STAGEACTIVITEITEN ² 5. Uitvoering Wat wil je, verwacht je dat de kinderen gaan doen? Wat doe jij bij de uitvoering? (observeren, belangstelling tonen, materialen toevoegen, hulp bieden, reflecteren .) - Ik verwacht dat de kinderen aandachtig naar het verhaal gaan zitten luisteren. Ze zullen er zeker ook wat door heen roepen, maar dat is altijd bij kleuters. Nadat ik voorgelezen heb ga ik mijn rekenactiviteit met de kinderen doen. Ik hoop dat de kinderen dan heel actief mee gaan doen, en als een kind er niet uit komt dat de anderen mee helpen. Ik zorg er voor dat ieder kind aan de beurt komt. - Tijdens de rekenactiviteit zal ik wat observeren zodat ik kan zien hoe ver de kinderen zijn al met tellen. Ik zal de activiteit leiden en kinderen helpen als het niet lukt. Feedback mentor 6. Afsluiten en terugkijken Hoe sluit je de activiteit af? Praat je nog even na? Waarover en hoe? Wat doe je met de eventuele producten? - De activiteit sluit ik af door even na te praten en dan vertel ik aan de kinderen dat ze tijdens de werkjes een herfsttekening mogen maken, die ik dan mee naar mijn school toe neem om daar te laten zien. - De materialen die ik tijdens de activiteit heb gebruikt laat ik door enkele kinderen bij de herfsttafel leggen, zodat daar nog meer materialen liggen. 7. Lesovergang Hoe organiseer je de overgang naar de volgende activiteit? - Als ik klaar ben met mijn activiteit laat ik de leerkracht het overnemen. Ik weet niet precies wat de kinderen daarna gaan doen. Ze kunnen dan buiten gaan spelen of werkjes gaan doen. Als ze werkjes gaan doen kan ik wel aangeven waar de kinderen de herfsttekening mogen gaan maken. Als ze daarmee klaar zijn mogen ze die aan mij geven. 8. Tijdsplanning Voorbereiding, organisatie Aanbieding Uitvoering Opruimen Afsluiten/terugkijken - Voorbereiding thuis: 50 min (moest ook naar het bos toe om de materialen bij elkaar te verzamelen en het boek voor te bereiden) - Voorbereiding op school: 3 min (even alles klaar leggen zodat ik gelijk aan de slag kan) - Uitvoering: het voorlezen zal ongeveer 10 min in beslag nemen en het rekenen daarna zal ook pakweg 10 min duren (bij elkaar 20 min) - Opruimen: 5 min (ik kies 5 kinderen uit om de materialen bij de herfsttafel te leggen) - Afsluiten: 3 min (even na praten en dan de les overlaten nemen door de leerkracht voor het vervolg van de middag) 9. Persoonlijke leerdoelen Wat wil je zelf gaan leren? In je omgang met de kinderen Je didactisch handelen Hoe ga je dit aanpakken? - Ik wil tijdens deze activiteit goed leren voorlezen, met stemmetjes enzovoort. Hier zijn we op school al veel mee bezig en dit wil ik graag beter in worden. Ook wil ik leren een goede rekenactiviteit te geven. - Ik wil zien hoe de kinderen rekenen op wat voor manieren. - Ik ga dit aanpakken door goed de les en het boek voor te bereiden en proberen een zo goed mogelijke (en voor de kinderen aantrekkelijke) rekenles te geven. Werkformulier: VOORBEREIDEN EN EVALUEREN VAN STAGEACTIVITEITEN 3 10. Reflectie Beginsituatie: - De beginsituatie had ik goed ingevuld. Ik kon er niet veel van weten omdat ik niet hele dagen in de klas aanwezig ben. Maar omdat we de vorige les het bos in zijn geweest wist ik dat ze een herfsttafel zouden hebben en dat ze al wel wat dingen over de herfst zouden weten. Bedoelingen: - Ik heb mijn bedoeling wel goed opgeschreven alleen ik moet het iets gerichter opschrijven. Wat voor rekenspel ik ga doen en wat voor begrippen (meer minder) ik erin wel verwerken. - Dat de activiteit voor kinderen van groep 1 moeilijker is als voor de kinderen van groep 2 had ik ook goed bekeken. Organisatie: - Ik heb de activiteit goed voorbereid en ik had ook al mijn materialen al bij elkaar gezocht zodat ik gelijk kon beginnen met de activiteit. Leerinhoud: - Het voorlezen ging goed. Ik heb ook vragen gesteld tijdens het voorlezen aan de kinderen. Er stonden enkele moeilijke woorden in en ik heb gevraagd of ze wisten wat het betekende. En meestal wisten ze dit wel. Maar dit kan je niet inschatten of ze het gelijk weten wat het betekent. De rekenspelletjes gingen ook wel goed, maar omdat het al middag was waren de kinderen druk en kon ik niet alles doen. Dit maak ik dan de volgende keer dat ik er ben af. - De materialen die ik heb gebruikt tijdens deze les pasten ook goed bij de interesse van de kinderen en het paste bij de aansluiting van de les. Uitvoering: - De kinderen hebben heel goed zitten luisteren. Ik heb tijdens het voorlezen (op de momenten dat ik de plaatjes liet zien) ook vragen gesteld aan de kinderen, zodat ze tenminste niet door de klas heen zouden roepen. Ik had van tevoren gezegd dat ze hun vinger op moesten steken als ze wat wilden vertellen. Ik begon ook pas met voorlezen toen het helemaal stil was in de klas. - De rekenactiviteit ging ook goed. Laura heeft met de kinderen in de kring gezeten terwijl ik in het midden van de kring bezig was met een groepje kinderen. Zo kon ze ook wat observeren hoe ver kinderen al waren met hun rekenvaardigheid. Een meisje wist niet wat meer en minder was. Zij had 5 kastanjes en haar buurman had er 9 dus toen zei ze dat hij er veel had. In plaats van meer zei ze dit dus. Afsluiten en terugkijken: - Dit kon nu niet plaats vinden omdat we de activiteit niet af konden maken. Dit ga ik nu de volgende les nog een keer doen. Lesovergang: - Aan het einde van mijn activiteit gingen de kinderen naar buiten toe omdat ze veel te druk waren want het was lekker weer en de andere kleuterklassen waren ook al buiten. Tijdsplanning: - De tijdsplanning is ook goed verlopen. De rekenactiviteit zal alleen meer tijd in beslag gaan nemen. Persoonlijke leerdoelen: - Het voorlezen ging redelijk goed. Moet alleen veel oefenen met stemmetjes, maar dit komt op den duur wel goed. Oefening baart kunst. - Mijn begeleidster vond ook dat ik zeer goede en gerichte vragen aan de kinderen heb gesteld tijdens de uitvoering van de activiteit.
|