voor nog meer lessen: Lesidee.nl
help bij deze pagina

de verwijswoorden

Groep: groep3,groep4,groep5
Vakgebied: Taal: taal
Thema: overige
Omschrijving: Verwijswoorden in teksten verstaan
Zoekwoorden: lezen structuur verwijswoorden

Naam : ……………………………………..
Begrijpend lezen : de verwijswoorden extra oefeningen.



1.
Chocolade wordt gemaakt van de cacaoboon.
2.
Die groeit aan de cacaoboom.
3.
In Afrika groeien er veel.
4.
Daar is het weer lekker warm.

______________________

? die ( regel 2)

______________________

? er ( regel 3)

______________________

? daar ( regel 4)


5.
In de zomer vliegen er veel vlinders rond.
6.
Zij ontpoppen uit de rups.
7.
Hoelang denk je dat dat duurt?

______________________

? zij ( regel 6)

______________________

? dat ( regel 7)


8.
Vanessa heeft een hond en twee katten.
9.
De dieren moet je verzorgen.

______________________

? dieren ( regel 10)


10. In de klas hangen de afspraken omhoog.
11. We hebben ze opgeschreven om ze niet te vergeten.

______________________

? ze ( regel 12)


12. Voor de vakantie hebben we in de klas gekookt.
13. We hebben er chocoladerotsjes gemaakt.
14. Iedereen heeft er geproefd.

______________________

? er ( regel 14)

______________________

? er ( regel 15)

Naam : ……………………………………..

15. In de zomer draag ik een zonnebril.
16. Die beschermt mijn ogen tegen zonnestralen.
17. Deze zijn zeer gevoelig.

______________________

? Die ( regel 17)

______________________

? Deze ( regel 18)


18. Wekelijks geven we onze planten water.
19. Anders verwelken ze.
20. Dat hebben ze nodig om te groeien.

______________________

? ze ( regel 20)

______________________

? dat ( regel 21
)

21. De melkjes staan in de koelkast.
22. Daar staan ze fris.

______________________

? daar ( regel 23)

______________________

? ze ( regel 23)


23. In de maand mei gaan we op sportklassen.
24. We gaan er fietsen, lopen, zwemmen...
25. Sporten is gezond!

______________________

? er ( regel 25)

______________________

? sporten ( regel 26)


26. Juf Sofie en juf Lies koken wekelijks.
27. Kan jij dat?
28. Zij gebruiken een kookboek.
29. Dat is handig als je de ingrediënten van een recept niet kent.

______________________

? dat ( regel 28)

______________________

? zij ( regel 29)

______________________

? dat ( regel 30)

Help bij deze pagina

Dit is het overzicht van de door jou gekozen les. Je vindt hier achtereenvolgens:

leseigenschappen
een html-versie van de les om snel doorheen te kunnen bladeren
het is belangrijk om lessen ook te beoordelen
mogelijkheid om de Word-versie te downloaden
door anderen al gemaakte opmerkingen bij deze les
Les
Bestand:      verwijswoorden_oefn_1.doc
Datum:      14-09-2004
Sender:      juf Sofie
Titel:      de verwijswoorden
Groep:      3,4,5    [ groep : vragen & opmerkingen ]
Vakgebied:      Taal: taal    [ vakgebied: vragen & opmerkingen ]
Thema:      overige   
Omschrijving:      Verwijswoorden in teksten verstaan
Beoordeling:      Het gemiddelde cijfer is 7 (4 beoordelingen)
Preview
Deze les beoordelen
Downloaden (Word document)
verwijswoorden_oefn_1.doc
Al eerder gemaakte opmerkingen
gebruikersnaamcijferopmerking