Navigation bar
  Print document Start Previous page
 1 of 3 
Next page End  

Kasper kan niets vergeten
Kasper loopt de klas binnen. Alle kinderen kijken naar hem. Zo hebben ze Kasper
nog nooit gezien. Kasper heeft allemaal touwtjes achter zich hangen.
Aan het eind van al die touwtjes zitten briefjes. Op die briefjes staan woorden
geschreven.
Vanuit de klas wordt van alles geroepen.
'Kasper, wat zijn dat voor briefjes?'
'Kasper, Kasper, Kasper, pas op je struikelt.'
'Kasper, mag ik eerst touwtje trekken?'
Kasper gaat heel rustig zitten. Kasper weet dat hij vandaag niets vergeten is.
Alles wat Kasper kan vergeten, staat op zijn briefjes. Vandaag gaat het niet mis
met Kasper.
Wat staat er op al die briefjes?
Op een briefje staat dat Kasper Kasper heet.
Op een briefje staat wie de vader en de moeder van Kasper zijn.
Op een briefje staat waar Kasper gisteren gespeeld heeft.
Op een briefje staat: in de winter winterjas aan, in de zomer zomerjas aan.
Op een briefje staat: in het weekend tv kijken.
Op een briefje staat dat zondag de dag na zaterdag is en de dag voor maandag.
Op een briefje staat dat je met je ogen moet knipperen als je in de zon kijkt.
Op een briefje staat dat je “bedankt” moet zeggen als je wat lekkers in de
winkel krijgt.
Op een briefje staat: doortrekken op de wc!
Op een briefje staat dat je op school niet “poep” mag zeggen.
Wat kun je eigenlijk wel en wat kun je niet vergeten?
Dat is het enige probleem. Kasper weet niet zeker of alles wat je kunt vergeten
op zijn briefjes staat. Is Kasper niets vergeten?