Navigation bar
  Print document Start Previous page
 1 of 8 
Next page End  

De school vroeger en nu
Elleanor Beentjes
De Verhaallijn
Het onderwerp van dit verhalend ontwerp is “de school vroeger en nu”. 
De kinderen leren hoe de school er vroeger uitzag. We gaan kijken naar de lessen die toen
gegeven werden en op welke manier. We gaan kijken naar de straffen die er toen waren.
Welke liedjes ze vroeger leerden, of er verschil was tussen jongens en meisjes en tussen arm
en rijk. 
Ik begin met een introductie van een brief van opa Leo. Daarna gaan we verder met een
woordweb. De kinderen gaan dan brainstormen over de school vroeger en de school nu. Er
komen dus twee woordwebs. 
Dit verslag is geen vastgesteld programma, behalve het museum bezoek. De kinderen komen
met verschillende onderwerpen aan en zij bepalen waar we het over gaan hebben. 
De brief van opa met daarin een aantal onderwerpen die we in dit verhalend ontwerp gaan
gebruiken.
Dag kinderen van groep 4,
Ik las laatst in de schoolkrant hoe het bij jullie op school gaat. Jullie hebben een hele gezellige
school. Bij mij op school vroeger ging het heel anders. Ik zal jullie een paar dingen vertellen
over de school van vroeger. 
Vroeger hadden wij geen pennen en schriften. Wij schreven toen met een griffel op een lei.
Een lei was gemaakt van  een bepaald soort steen. Er zat een lijst omheen. De griffel was een
soort krijtje. Ieder kind had een eigen lei, griffel en sponzendoos. In die doos zat een vochtig
sponsje. Daarmee kon je fouten wegvegen of je lei schoon vegen als hij vol was. Later
kwamen er ook wel schriften en kroontjespennen. 
In elke schoolbank zat een potje met inkt. Over het potje zat een schuifje. Als je niet aan het
schrijven was moest dat dicht. Iedereen had ook een inktlap. Daaraan veegde je de
kroontjespen af als je klaar was. 
De meisjes kregen in die tijd andere lessen dan de jongens. Zij leerden breien en naaien. Als
je acht jaar was moest je een sok kunnen breien en gaten kunnen stoppen. Jongens hadden
vaker gym, dit gebeurde op het schoolplein want een gymzaal was er toen nog niet. 
In de klas hadden we ook geen verwarming. Er stond een kachel in de klas waar kolen in
werden gestookt. Ik ging vroeger samen met een paar andere jongens wat eerder naar school
om de kachel te vullen of om het as weg te brengen. Daarvoor kregen wij dan een paar centen
per dag.
Vroeger had je een armenschool en een burgerschool. Kinderen van rijke ouders gingen naar
de burgerschool en de arme kinderen gingen naar de armenschool. Die was gratis. Voor de
burgerschool moest je schoolgeld betalen.
Vroeger zaten de kinderen  met z'n vieren naast elkaar in banken  en  je kon de tafels niet
verplaatsen, en als je straf kreeg, moest je een bord voor waarop ezel stond geschreven of
ezelsoren op en dan in de hoek van de klas gaan staan.