Navigation bar
  Print document Start Previous page
 2 of 6 
Next page End  

Methodes
De leidster neemt de kinderen mee in een kant en klaar sprookje. En leid 
de kinderen hierdoor heen.
Of/en: Leidster neemt de kinderen mee in en sprookje wat desgewenst een 
andere onverwachte wending kan nemen.
Het programma is helemaal nieuw voor de kinderen.  Een verrassingsreis.
Of/en: de activiteiten zijn al helemaal of gedeeltelijk  ingeoefend. 
En de kinderen kennen de tekst van de liedjes.
De kinderen zijn actief gedurende de hele les. 
En/of: de kinderen zijn gedeeltelijk inactief gedurende de les.
Het verhaal wordt opgebouwd rond figuren, activiteiten of haltes.
Personen houden gedurende het hele sprookje dezelfde rol.
En/of de personen verwisselen rollen gedurende het sprookje.
Voorbereiding
Het is belangrijk om dit goed voor te bereiden en duidelijke informatie 
te verschaffen aan de kinderen. Leer zoveel mogelijk uit je hoofd. 
Gebruik je fantasie, creativiteit en ideeën rijkdom uit je eigen en 
andere bronnen.
Alles is mogelijk. Maak iets wat je zelf wilt uitvoeren. Zodat je je 
concentratie en hoofd er bij kunt houden tijdens de les.
De uitdaging ligt in het verenigen van creativiteit en eenvoudigheid. 
Het sprookje moet ideerijk en fantasievol, maar ook duidelijk en goed 
uitvoerbaar zijn. Denk ook om de tijd. Kun je een middag met een 
sprookje werken of kun je het over enkele weken verspreiden.
Een wintersprookje
Dit is een lang sprookje en kan het best in 2 of 3 keer uitgevoerd 
worden.
Iedereen heeft zijn eigen sjaal.
De kinderen zijn Nissebarn, een soort trollenkinderen.
De leraar is de trollenmoeder (reisleider).
Een volwassene en een kind heeft een speciale opgave. Ze maken muziek en 
zijn trollenpoppen.