Navigation bar
  Print document Start Previous page
 2 of 2 
Next page End  

Later: 
2.
Bij het grabbelen individueel. 
3.
Bij het vlugge muziekdeel: tweetallen op de plaats of kris-kras door de ruimte, maar 
4.
Bij het grabbelen weer naar de centrale grabbelkring. 
Begeleiding leerkracht
Kinderen staan rondom de 'grabbelton' (touwring / middencirkel) 
1.
Muiziekbron zin 1 (langzame deel) laten horen en leerlingen bevragen over wat ze gehoord
hebben. Vertel ze dat ze aan de rand van de grabbelton staan. 
2.
Het langzame muziekdeel over 'grabbelen' laten horen. De kinderen voeren aan de raand
van de grote grabbelton de gezongen handelingen uit. 
3.
Het vlugge muziekdeel laten horen. De kinderen mogen aan de rand op de plaats op eigen
wijze vlug gaan dansen. Als de muziek langzaam gaat, dan moeten de kinderen weer
grabbelen (langzaam). 
4.
Als bij 3, maar in plaats van op de plaats, bij het snelle deel buiten de ring huppelen, totdat
je weer 'grabbelen' hoort. Dan ga je terug naar de grabbelton en ga je daar weer
grabbelen.