groep1-2 groep3-4 groep5-6 groep7-8 contact onzeNieuweSite

Bewegingsonderwijs

Beginsituatie

· De leerlingen hebben vaker met een slaghout geslagen.
· De leerlingen hebben vaker spellen gedaan waarbij ze moesten samenwerken.
Doel

· De leerlingen kunnen goed samenwerken.
Inleiding (± 10 min)

Spel 'Wie durft te lopen?'. Wie haalt de meeste punten? Er zijn twee tikkers of meer die proberen om de kinderen te tikken. Als kinderen getikt zijn, wordt het puntenaantal weer 0. 
Kern (± 10 min):

Leerlingen laten oefenen met bovenhandse worp. Elke leerling zoekt een plaatsje bij de muur en gaat tegen de muur gooien. Na ± 5 min. komen we samen. (Voor die tijd probeer je alle leerlingen te bekijken.) Je legt ze uit hoe het de bedoeling is dat ze gooien.
Techniek bovenhandse worp:
Beginpositie:
- elleboog gebogen op schouderhoogte;
- linkervoet voor (bij kinderen die rechts zijn);
In beweging:
-werparm lang;
-elleboog op schouderhoogte;
Beweging afmaken:
-stap door op rechts.
Na deze uitleg laat je ze met tweetallen oefenen en naar elkaar kijken. Je hebt duidelijk uitgelegd hoe de worp gedaan moet worden en daar moeten zij bij hun medeleerling opletten. Indien tijd genoeg dan kun je twee leerlingen voor de totale klas halen en elkaar beoordelen. 
Slot (± 15 min)

Spel 'Deens slagbal'. 



De ‘slag’man gooit de bal, rent naar de overkant en als hij nog terugkan komt hij terug. Dit zijn 2 punten. Kan hij niet meer terug, blijft hij net zolang staan tot hij wel terug kan. Dit is één punt.
Leerlingen kunnen alleen af door afgetikt te worden. Er moet dus veel en snel overgespeeld worden om iemand af te krijgen. Er mag niet gelopen worden met de bal. 
Er mag geen slingerworp gebruikt worden.
Als alle teamleden zijn geweest, is het volgende team aan de beurt. 
Er moet over de lijn (stippellijn op de tekening) heen gegooid worden. Niet in de berging!!

Deze les is gemaakt door Jolanda Louwers.


Copyright © 2000 - 2005 Lesidee. Alle rechten voorbehouden.