voor nog meer lessen: Lesidee.nl |
KampspellenGroep: groep5,groep6,groep7,groep8Vakgebied: schoolreisje Thema: kamp Omschrijving: Op kamp. Hartstikke leuk, maar het is handig om veel spellen op voorraad te hebben om de groep optimaal te vermaken... Vrij spelen en hutten bouwen doet het goed, maar lekker een groot spel spelen met z’n allen mag nooit ontbreken natuurlijk! Zoekwoorden: kamp spellen spelletjes 1) Dierenjacht * Organisatie: individueel * Materialen: genummerde dierenkaartjes * Spelverloop: Ouders zitten verstopt in het bos, iedere ouder heeft kaartjes met daarop een dier. De kaartjes zijn genummerd van 1 t/m 23. Het kind dat het eerste bij de ouder is, krijgt het hoogste nummer, het kind dat het laatste is het laagst. Het spel stopt als iedereen alle kaartjes heeft of als de nog zoekende kinderen het duidelijk zat zijn Het kind met de meeste punten heeft gewonnen. 2) Echt Eigen Jungle Vragen Spel * Organisatie: tweetallen * Materialen: vragenkaarten kinderen, antwoordblad, potloden/pennen. * Spelverloop: De kinderen zoeken de verstopte vragen die ze zelf hebben bedacht. Een persoon per tweetal blijft achter op een vaste plaats, de ander zoekt, bekijkt de vraag, en rent terug om het te laten opschrijven. De vragen hoeven niet op volgorde te worden gevonden. Als ze alle 23 vragen hebben gevonden of als de laatste kinderen het zat zijn, worden de antwoorden nagekeken. 3) Van spin tot mens, levend stratego. *Organisatie: twee groepen * Materialen: vlaggen (of stokken o.i.d.) in twee kleuren, stratego kaartjes (lintjes) * Spelverloop: De groepen verstoppen hun vlag in het afgesproken gebied en komen weer terug naar het verzamelpunt. Dan krijgt ieder kind een kaartje in de kleur van de eigen groep met daarop een dier en een cijfer van 1 t/m 10. Deze staan voor de rangorde: de mens is het hoogst, de spin het laagst. Het doel is het veroveren van de vlag van de tegenpartij. Je mag in je zoektocht naar de vlag van de tegenpartij de kinderen daarvan tikken. Hebben zij een kaartje met een lager nummer dus een hogere rang, dan moet jij je kaartje afstaan. Andersom krijg jij zijn kaartje. Alleen een spin kan tegen de mens op, de rest niet!!! Als je kaartje is veroverd mag je de vlag nooit pakken dus moet je terug naar het verzamelpunt voor een nieuw kaartje. Dan mag je niemand aftikken, want je hebt zelf geen kaartje meer. Het spel stopt als een van de partijen heeft gewonnen door de vlag te veroveren. Als het te lang duurt worden de nummers van de kaartjes eventueel omgezet in punten. Wie dan de minste punten heeft, heeft gewonnen! 4) Smokkelspel: * Organisatie: 3 groepen * Materialen: veel smokkelwaar (briefjes, steentjes, zakjes o.i.d.), (lintjes) * Spelverloop: Groep 1 en 2 smokkelen waar van hun eigen kant naar de overkant van het bosperceel of veld. Groep 3 is douane. Je gaat smokkelwaar naar de overkant van het speelveld smokkelen. Als je door de douane wordt getikt moet je je smokkelwaar inleveren en nieuwe halen bij je startpost (ouder). De douane mag je niet meer pakken als je al bij de post aan de overkant bent. Daar lever je je smokkelwaar in en ga je langs de zijkant van het speelveld terug om bij je eigen startpost nieuw te halen. EEN voorwerp tegelijk smokkelen! Op het eind wordt het smokkelwaar van team 1 en 2 en de douane (team 3)geteld en de punten opgeschreven. Daarna kan gewisseld worden van rol zodat iedereen douane is geweest. Dan wordt het totaal aantal punten van ronden geteld (variatie: smokkelwaar van verschillende waardes) 5) Geluidenspel * Organisatie: groepjes of tweetallen * Materialen: scorekaarten * Spelverloop: Ouders verstoppen zich in het bos en maken allemaal een ander geluid. De groepjes kinderen krijgen een kaart mee waarop ze (op volgorde!) parafen van alle geluiden moeten krijgen. Ieder groepje start met het zoeken van een ander geluid. Welk groepje als eerste alle geluiden heeft gevonden heeft gewonnen. Eventueel laat je ze twee keer alle geluiden zoeken. Ook kan het spel gespeeld worden binnen een bepaalde tijd: wie in een uur zo veel mogelijk parafen haalt (nog steeds op volgorde!). Uitbreiding: er loopt een jager rond (of twee), die je kunnen pakken. Hij kruist je laatst behaalde paraaf door dus die moet je opnieuw halen. Als je heel stil bent hoort hij je misschien niet Variatie: als je te weinig ouders hebt om geluiden te maken kun je dat ook door de kinderen laten doen. De ene helft van de groep maakt in tweetallen geluiden, de andere helft zoekt. Daarna wisselen. 6) Totemroof * Organisatie: 2, 3, of 4 groepen * Materialen: stokken (totems), lintjes * Spelverloop: Elke groep draagt lintjes om de bovenarm in de groepskleur. Ook de totem heeft die kleur. Elke groep maakt met lint een cirkel ergens in het speelgebied. De plaats daarvan is onbekend bij de andere groepen. Hierin komen totems te staan (stokken met een kleur; lintje, ongeveer 50 cm). Het aantal totems is gelijk aan het aantal kinderen in de groep. De kinderen moeten de totem van andere partijen zien te roven om die in hun eigen cirkel te zetten. Je mag ook lintjes van elkaar roven (tikken), maximaal 1 per keer, die breng je dan ook meteen naar je eigen cirkel. Als je je lintje kwijt bent haal je bij een ouder een nieuwe voordat je verder speelt. Als iemand een totem heeft geroofd en je wordt beroofd van je lintje, dien je ook de totem af te geven (de tikker/ berover brengt deze naar zijn eigen cirkel!). Tijdens het spel mag een groep niet in de eigen cirkel komen: als iemand daarbinnen is, mag hij een totem roven (GEEN lintjes! En op de terugweg mag je hem natuurlijk WEL aftikken). Totems mogen niet worden verstopt. Je mag nooit je eigen kleur totems terugroven, wel die van andere teams! Aan het eind worden de punten geteld: lintje 1, geroofde totem 3 en eigen totem 5 punten. De groep met de meeste punten is de winnaar. 7) Levend kwartet * Organisatie: 4 groepen * Materialen: lintjes, 4 lange stukken touw/ lint, 10-12 voorwerpen in viervoud Spelverloop: Elke groep maakt van het touw of lint een grote cirkel in een hoek van het terrein. Daarin leggen ze hun 10-12 voorwerpen. Ieder groepje heeft van alles 1 voorwerp, dus ¼ deel van het kwartet. Iedere speler mag overal komen en zo een cirkel van een andere groep binnenwandelen en een voorwerp pakken (1 tegelijk meenemen). Zodra hij uit de cirkel komt mag hij echter worden getikt. Als dat gebeurt moet hij het meegenomen voorwerp afgeven aan degene die hem tikte, enz. Lukt het om met het voorwerp de eigen cirkel te bereiken, dan mag je het daar achterlaten. Iedereen mag het dan altijd weer proberen terug te stelen. Pas als er een compleet kwartet in een cirkel ligt mag het niet meer worden meegenomen! Aan het eind worden alle kwartetten verzameld en de punten geteld. Grote voorwerpen zijn moeilijker te vervoeren dus leveren meer punten op dan kleine! 8) Levend memorie *Organisatie: individueel of tweetallen * Materialen: (bedrukte of gekleurde) kaartjes of voorwerpen in tweevoud. * Spelverloop: De kinderen gaan in het bos verstopte kaartjes of voorwerpen zoeken en zoeken daar de tweede identieke bij (variatie: dingen die bij elkaar horen, bijvoorbeeld tandenborstel en tandpasta, bert en ernie enz. of een kaartje met een plaatje en bijbehorend het echte voorwerp van het plaatje). Degene met de meeste kaartjes wint. 9) Vlaggenroof *Organisatie: twee groepen * Materialen: vlag, doek of stok voor beide teams * Spelverloop: Beide teams verstoppen hun eigen vlag (of doek of stok). Ze moeten die van elkaar zien te veroveren. Ieder kind draagt een levenslintje. Als je wordt afgetikt lever je je lintje in bij de tegenpartij en haal je een nieuwe bij de hoofdpost. Rondom de vlag wordt een verdedigingscirkel gemaakt. Eenmaal hierbinnen mogen kinderen niet meer afgetikt worden. De eerste die de vlag verovert heeft gewonnen. 10) Streepjesspel * Organisatie: individueel * Materialen: schmink, kwasten, 3 sponzen, wat water * Spelverloop: In het speelveld (bos) staan 4 ouders met elk een eigen kleur schmink. De kinderen moeten van alle vier de kleuren een streep op hun gezicht halen. Hebben ze die, dan gaan ze snel naar de startpost. Daar krijgen ze een streepje op de arm en worden de strepen op het gezicht uitgeveegd en beginnen ze nu opnieuw. Pas op! In het bos lopen ook twee streepjesrovers die de streepjes van je gezicht eraf mogen vegen (niet van de arm!) en moet je je rondje opnieuw beginnen! Wie op het einde van het spel de meeste streepjes op de arm heeft, heeft gewonnen.
|