voor nog meer lessen: Lesidee.nl |
Spookverhaal, witte wievenGroep: groep6,groep7,groep8Vakgebied: schoolreisje Thema: griezels Omschrijving: Een verhaal om te vertellen tijdens het kampvuur Zoekwoorden: spookverhaal griezelen vertellen witte wieven sagen Witte Wieven Lang, heel lang geleden woonde hier in een huis in het bos een rijke familie. Ze hadden een dochter, Johanna genaamd. Naast deze familie woonde een ander gezin, zij hadden een zoon Herbert. En ook zij hadden veel geld. Naarmate Herbert en Johanna ouder werden, des te leuker zij elkaar vonden. De ouders van Johanna zagen dit ook en vonden het een goed idee dat Herbert en Johanna zouden gaan trouwen. Ze waren immers allebei rijk. Wat in die tijd erg belangrijk was. Door ongeluk en ziekte raakten de ouders van Herbert in korte tijd al hun geld kwijt. De vader van Johanna vond dat ze nog steeds moesten trouwen, ze hielden van elkaar, dat was het belangrijkste. De moeder van Johanna was nu tegen het huwelijk. Zij ging op zoek naar een andere man voor haar dochter. Al snel viel haar oog op Albrecht. Zij nodige Albrecht uit om te komen eten. Op de avond dat Albrecht zou komen eten, kwam vader met een spannend verhaal thuis. Herbert was eerder die avond op zijn paard terug gekomen van een lange reis, hij was hierbij door het donkere bos gekomen. Hij reed met zijn paard over een smalle weg, toen zijn paard van iets schrok en hem uit het zadel gooide. Herbert viel op de grond, maar omdat het pad zo smal was, dreigde hij naar beneden te storten. Opeens voelde hij dat hij opgetild werd door een paar sterke armen. Het was een van de witte wieven. Witte wieven woonden al jaren in de bossen. Velen werden gewaarschuwd voor hen, want veel reizigers zijn verdwenen in de nacht. Het gerucht gaat dat de witte wieven ze gevangen hebben. Witte wieven zie je alleen na zonsondergang. Je ziet dan een witte nevel. Herbert was blij verrast dat hij gered werd door de witte wieven.maar ook verbaasd, want waarom zouden de gemene witte wieven hem helpen. Hij besloot snel verder te rijden, voordat de witte wieven zich bedachten en hem alsnog gevangen zouden nemen. Moeder was woest dat vader dit verhaal verteld had. Zij had gemerkt dat Johanna vol bewondering had geluisterd naar het verhaal. Ze had geen aandacht voor Albrecht. s Avonds hadden ze ruzie. Wat was belangrijker geld of moed. Albrecht had geld, maar Herbert was moedig. Aan het eind van de avond besloten ze dat ze voor hun dochter een dappere man wilden. Daarom bedachten ze een plan. Herbert en Albrecht moesten beiden naar de plek rijden, waar de witte wieven gezien waren. Zij moesten allebei iets achterlaten. Zo gezegd zo gedaan. Beide mannen reden na zonsondergang richting het bos. Elk namen ze een andere route. Herbert kwam als eerste bij de plek aan. Hij heeft een tijdje staan wachten op Albrecht, maar die zou nooit komen. Halverwege was hij te bang geweest en teruggereden naar de boerderij. Herbert had een schaal meegenomen en hij gooide die naar de plek waarvan hij dacht dat daar de witte wieven zouden zitten. Terwijl hij aanstalten maakte om naar huis te rijden, voelde hij plotseling een koude wind. De takken van de bomen bewogen wild mee in de wind. Voorzichtig keek hij over zijn schouder. Daar stonden drie witte wieven. Ze waren ruw verstoord door de schotel die Herbert enkele minuten geleden gegooid had. Met een schelle stem zij een van de wieven: Herbert jij verstoort onze rust. Nadat we je gered hebben van de dood. Hier zul je voor boeten. Herbert bedacht zich geen moment en reed zo hard als zijn paard kon terug naar huis. Af en toe keek hij achterom en zag dat de witte wieven hem volgden. Elke keer dat hij keek leek het of ze dichter bij kwamen. Gelukkig in de verte kon hij het licht van de boerderij van Johanna al zien. Nogmaals keek hij achterom. Ze zaten nu vlak achter hem. Bijna was hij bij de rand van het bos. Hij voelde de handen van de witte wieven al op zijn rug, in zijn nek. Hij zou het niet halen, ze hadden hem te pakken. Hij spoorde zijn paard om nog harder te rijden. Dit kon hem toch niet gebeuren, bijna was hij thuis, zou hij dan nu gevangen worden door de witte wieven. Hij dacht aan Johanna, die gedachte zorgde ervoor dat hij vastberaden was om te ontsnappen. Nog maar een paar meter en hij zou het bos uit zijn. Door de haast struikelde zijn paard over een boomstronk. Herbert lag met paard en al op de grond. Geschrokken draaide hij zich om en zag dat de witte wieven tussen de laatste bomen bleven zweven, ze konden het bos niet uit. Laaiend waren ze, gillend van woede keerden ze zich om. Herbert krabbelde overeind en liep naar de boerderij. Johanna en hij zouden trouwen. De witte wieven hebben Herbert nooit te pakken gekregen, maar hij zorgde er wel voor dat hij na zonsondergang niet in het bos was. Soms als Herbert en Johanna s avonds uit het raam kijken zien ze witte schimmen aan de rand van het bos. Het schijnt dat de witte wieven nog steeds op zoek zijn naar Herbert. Ze willen hem te pakken krijgen. Iedereen die s avonds door het bod loopt van de witte wieven zien ze aan voor Herbert. Er zijn dan ook al erg veel mensen verdwenen. Een tip voor jullie is: zorg dat je s avonds niet in het bos bent, want het zou zomaar eens kunnen dat de witte wieven je zien en denken dat je Herbert bent.
|