voor nog meer lessen: Lesidee.nl
help bij deze pagina

Poesieles

Groep: groep5,groep6,groep7,groep8
Vakgebied: Taal: taal
Thema: gedichten
Omschrijving: Een les waarbij de kinderen kijken en nadenken over poesie. Als klap op de vuurpijl natuurlijk een denderend eigen gedicht!
Zoekwoorden: Vos Schmidt orrekiedor gedicht poesie dichten rijmen

Poëzie groep 5/6


Les afkomstig uit: Het huis lijkt wel een schip; Jacques Vos

De vier koningen

De koning van Ba-bóng
Die heeft een lange tong,
die rolt hij 's avonds op een spoel
en legt hem naast zich op een stoel.
De koning van Ba-bánd
die heeft een grote hand,
hij heeft een handschoen laten maken
nog groter dan een tafellaken.

De koning van Ba-boet
die heeft een dikke voet,
dat geeft de koning veel gezeur,
zijn voet kan soms niet door een deur.

Maar
De koning van Ba-Bóón
die is nogal gewoon.
Hij heeft een tong, een hand, een teen
precies als iedereen.
Wat jammer. Want een aardig lied
dat maak je van zo'n koning niet.

==========================================================================
Kinderen laten reageren;
-
leuk gedichtje? Waarom?
-
Over wie wordt er verteld?
-
Kun je deze koningen ook in het echt tegen komen?
-
Nee, het is dus een fantasie verhaaltje, verzonnen.
-
Is het verhaaltje vrolijk; droevig; grappig; treurig?





Bord: Ba-bóng
lange tong; op spoel; naast stoel

Ba-bánd
grote hand; handschoen van tafellaken

Ba-boet
dikke voet; niet door de deur

Ba-boon
gewoon

Opdracht 1: luister nog een keer goed naar het gedichtje. Schrijf op wat er
over iedere koning verteld wordt.

Kern

Bord: ORREKIEDOR

Opdracht 2: Hoe ziet een Orrekiedor er uit?

Gedichtje van Annie M.G. Schmidt voorlezen

De Orrekiedor

In het land van de Orrekiedorren,
daar zijn ze allemaal gek.
Daar hebben ze groene snorren
en vlaggetjes in hun nek.
Daar hebben ze koperen tenen 
en veren op hun hoofd.
Ze eten er kiezelstenen,
met boter en suiker gestoofd.

Als je iemand ziet flaneren
met een grote groene snor,
en een hoofd vol wuivende veren,
dan is het een Orrekiedor.

Vragen voor de kinderen:
-
hoe zou je een Orrekiedor tekenen?
-
Welke kleuren zou je gebruiken?

Opdracht 3:teken jouw Orrekiedor.

Afsluiting: drie lln naar voren laten komen om hun tekening te laten zien.
De tekening van Fiep Westendorp laten zien. Die bij het gedicht hoort.

Werkblad Poëzie





groep 5/6



Opdracht 1: luister nog een keer goed naar het gedichtje.
Schrijf op de stippellijn wat er over iedere koning verteld wordt.

De koning van Ba-bong     ..………………………………………………………………….





……………………………………………………………………

De koning van Ba-band

……………………………………………………………………






……………………………………………………………………

De koning van Ba-boet

……………………………………………………………………





……………………………………………………………………

De koning van Ba-boon

……………………………………………………………………





……………………………………………………………………




Opdracht 2: hoe zou een Orrekiedor eruit zien?

………………………………………………………………………………………………….

………………………………………………………………………………………………….

………………………………………………………………………………………………….

………………………………………………………………………………………………….

………………………………………………………………………………………………….



Opdracht 3: Teken de Orrekiedor uit het gedicht.





















































De Orrekiedor van:







De Orrekiedor








In het land van de Orrekiedorren,
daar zijn ze allemaal gek.
Daar hebben ze groene snorren
en vlaggetjes in hun nek.
Daar hebben ze koperen tenen 
en veren op hun hoofd.
Ze eten er kiezelstenen,
met boter en suiker gestoofd.

Als je iemand ziet flaneren
met een grote groene snor,
en een hoofd vol wuivende veren,
dan is het een Orrekiedor.

 


Annie M.G. Schmidt

Werkblad Poëzie 2 





groep 5/6

Opdracht 1: lees het gedichtje en kleur de woorden die op elkaar rijmen. 

De vier koningen

De koning van Ba-bóng
die heeft een lange tong,
Die rolt hij 's avonds op een spoel
en legt hem naast zich op een stoel.

De koning van Ba-bánd
die heeft een grote hand,
hij heeft een handschoen laten maken
nog groter dan een tafellaken.

De koning van Ba-boet
die heeft een dikke voet,
dat geeft de koning veel gezeur,
zijn voet kan soms niet door een deur.

Maar
De koning van Ba-Bóón
die is nogal gewoon.
Hij heeft een tong, een hand, een teen
precies als iedereen.
Wat jammer. Want een aardig lied
dat maak je van zo'n koning niet.


Opdracht 2: vul de ontbrekende woorden in. Kies uit: gras, zijn, ballon,
boterham, tas, altijd.

Rond of vierkant

Toen ik nog een jongen was,
Zat ik heel vaak in het ………….
En ik speelde in de zon
Met mijn vierkante ………………

's Avonds hadden we ontbijt.
O, wat leuk was het …………….
Als mijn vierkant bordje kwam
Met mijn ronde…………………..

Toen ik nog een jongen was,
Had ik appels in mijn ……………
Appels smaken juist zo fijn
Omdat appels vierkant…………..








Opdracht 3: 
a.
Welke naam zou je deze rare snuiter kunnen geven?

………………………………………………………………………………………………… 

………………………………………………………………………………………………… 

b.
Waar zal hij wonen?

………………………………………………………………………………………………… 

………………………………………………………………………………………………… 


c.
Wat eet hij zoal?

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………



d.
Hoe zal hij lopen?

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………


e.
Waarmee zal hij zijn neus snuiten?

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………


f.
Wat kun je nog meer over hem vertellen?

…………………………………………………………………………………………………


…………………………………………………………………………………………………

Opdracht 4: Schrijf nu zelf een gedichtje over de vreemde figuur. Gebruik de
antwoorden die je bij opdracht 3 hebt opgeschreven.
Schrijf minimaal 6 regels. 
Het gedichtje moet wel rijmen!


…………………………………………………………………………………………………


…………………………………………………………………………………………………


…………………………………………………………………………………………………


…………………………………………………………………………………………………


…………………………………………………………………………………………………


…………………………………………………………………………………………………


…………………………………………………………………………………………………


…………………………………………………………………………………………………


…………………………………………………………………………………………………


…………………………………………………………………………………………………




Help bij deze pagina

Dit is het overzicht van de door jou gekozen les. Je vindt hier achtereenvolgens:

leseigenschappen
een html-versie van de les om snel doorheen te kunnen bladeren
het is belangrijk om lessen ook te beoordelen
mogelijkheid om de Word-versie te downloaden
door anderen al gemaakte opmerkingen bij deze les
Les
Bestand:      56_poezie.doc
Datum:      13-09-2004
Sender:      Ronald
Titel:      Poesieles
Groep:      5,6,7,8    [ groep : vragen & opmerkingen ]
Vakgebied:      Taal: taal    [ vakgebied: vragen & opmerkingen ]
Thema:      gedichten    [ thema: vragen & opmerkingen ]
Omschrijving:      Een les waarbij de kinderen kijken en nadenken over poesie. Als klap op de vuurpijl natuurlijk een denderend eigen gedicht!
Beoordeling:      Het gemiddelde cijfer is 5.8 (5 beoordelingen)
Preview
Deze les beoordelen
Downloaden (Word document)
56_poezie.doc
Al eerder gemaakte opmerkingen
gebruikersnaamcijferopmerking
naad19837Ik vind de les erg leuk maar ik denk dat je met groep 5,6,7 en 8 een erg grote marge hebt. ik denk dat het voor kinderen van groep vijf nog best lastig zou kunnen zijn.
Lizy6De les is een beetje saai, zeker voor een zesde leerjaar of groep 8.