filosofischgesprek

Groep: groep7,groep8
Vakgebied: filosofie
Thema: overige
Omschrijving: Een kringgesprek met een filosofischteintje.
Zoekwoorden: praten denken filosfie filosoferen filosofisch

Stage opdracht.

Voorbereiding:

Datum:

Dinsdag 5 november

Aantal kinderen:

Klassikaal.

Groep:

7

Ruimte:

Klaslokaal.

Tijd:

Drie kwartier

Les:

Filosoferen met kinderen.

Thema:

Tijd

Methode:

Werkmap filosoferen met kinderen, studielandschap.

Doelstelling kinderen:

Kennismaken met filosofisch gesprek/ opdrachten.

Kinderen naar elkaar laten luisteren, eigen mening geven etc.

Doelstelling voor mezelf:

Een filosofisch gesprek met kinderen leiden en verschillende
vraagsoorten gebruiken die ik van tevoren gedeeltelijk heb bedacht als
leidraad.

Beginsituatie:

Kinderen zijn bekend met kringgesprekken maar niet met filosofie.

Inhoud activiteit:

Inleiding:

Vragen aan de kinderen of ze weten wat filosofie betekent. Daarna
uitleggen. Dan vertellen dat we een gesprek gaan houden over tijd.
Dan vertellen dat het zo leuk is aan filosofie dat je alles mag zeggen,
en niets gek is. Er word dus ook niet om anderen gelachen.

Kern:

De volgende vragen wil ik gebruiken bij mijn filosofisch gesprek.

Wanneer duurt het langer, als je het druk hebt of als je moet wachten?

Wanneer duurt het langer, als je vrolijk bent of als je je verveelt?

Duurt elke week in je leven even lang?

Wanneer gaat een week sneller?

Als er geen klokken zijn, is er dan wel tijd?

En voor kleine kinderen en niet kunnen klokkijken, is daar wel tijd?

Hoe en waar merken we dagelijks dat er tijd is?

Op wat voor manieren ervaren we de tijd?

Is het woord klok hetzelfde als het woord tijd?

Houdt de natuur de tijd bij?

Gaat de tijd sneller of langzamer als de klok tien uren heeft?

Waarom heeft onze klok twaalf uren?

Afsluiting:

Ik vraag wat de kinderen vonden van de les.

Evaluatie:

De kinderen wisten niet wat filosofie was dus dit heb ik uitgelegd.

Samenvatting antwoorden kinderen:

Het ene kind vind dat de winter sneller gaat dan de zomer, omdat je in
de winter eerder naar binnen moet en eerder, en in de zomer lekker
lang buiten kan spelen.

Een ander kind vindt de zomer sneller gaan dan de winter, omdat je
dan vakantie hebt lijkt de tijd veel sneller.

De dagen voor je verjaardag gaan langzaam, maar de verjaardag zelf
gaat snel. En ook hier is er meningsverschil, want het een kind zei
bijvoorbeeld dat er ‘s middags pas visite kwam en de hele ochtend
langzaam gaat omdat hij moet wachten.

Klok vinden de kinderen niet hetzelfde als tijd. Want een klok gaat op
elektriciteit en die moet je helemaal goed zetten, anders geeft de klok
de verkeerde tijd aan en dan heb je er niks aan. En tijd gaat vanzelf
daar hoeven we niks voor te doen.

De natuur houdt de tijd bij. De kinderen kwamen op seizoenen en het
woord jaargetijden waar het woord tijd in voorkomt. De natuur houdt
de tijd bij omdat de seizoenen steeds wisselen vanzelf, en lammetjes
kunnen niet in de zomer komen want dan is het veelste warm.

Tijd is niet overal hetzelfde, want in een vliegtuig zetten mensen hun
horloge achter uit/ vooruit als ze naar een ver land gaan. En in
Australië is het andersom, dan is het met de kerst winter, en als wij
zomer hebben is het bij hun winter etc.

Kinderen kwamen ook op de Chinese jaartelling, is heel anders een jaar
heeft geen 365 dagen en dus lijkt een jaar korter/ langer. Hebben ook
ander nieuwjaar.

Over het antwoord op de vraag duurt een week even lang vonden de
kinderen het eerst allemaal even lang, want de minuten/ uren staan
vast. Maar toen ik vroeg naar gevoel, vonden ze toch wel dat de ene
week heel lang duurt en een andere week heel snel gaat doordat je iets
leuks gaat doen.

Kinderen weten dat er tijd is doordat we klokken hebben. Vroeger
waren er zonnewijzers.

Kinderen kunnen niet klokkijken maar weten bijvoorbeeld wel hoe laat
ze naar bed gaan doordat een bepaald kinderprogramma is afgelopen.
De kinderen van mijn mentor denken bijvoorbeeld dat ze in de winter
langer mogen opblijven doordat het eerder donker is.

De kinderen vonden de les erg leuk omdat ze hun eigen mening
mochten geven. En omdat ze niet hadden gedacht dat er zoveel achter
het woordje tijd zat. Tevens vonden ze het leuk omdat ze ook de
meningen van andere kinderen te horen kregen.