portrettekenen

Groep: groep5,groep6
Vakgebied: beeldendevorming
Thema: overige
Omschrijving: Duidelijk opgebouwde lesportrettekenen.
Zoekwoorden: tekenen portret gezicht natekenen levensecht

Wat heb je nodig?

Elk kind heeft een eigen spiegel.

Inleiding

Vraag wie er wel eens een tekening heeft gemaakt van het gezicht van zichzelf of van iemand
anders?
- hoe heet zo'n tekening (portrettering)
- Waar begin je mee als je gaat tekenen

Kern

Je begint met de vorm van het gezicht. Als je goed naar je buurvrouw kijkt zie je dat de vorm
van een gezicht een beetje op een ei lijkt. Een eivormig gezicht dus. Je laat de kinderen eerst
een eivorm op hun blad tekenen. Zorg dat ze het hele blad gebruiken, naar wel ruimte
overlaten voor de haren en de horen ed.

Als je de vorm hebt getekend ga je de ogen erin tekenen. Vertel dat de ogen meestal te hoog
getekend worden. Daarom kun je een handig hulpmiddeltje gebruiken. Je tekent heel dun echt
heel dun, )want je moet het later weer uitgummen) een streep horizontaal en verticaal door het
midden. Tussen de horizontale streep en de onderkant van het gezicht teken je weer een
horizontale streep.
Tussen de bovenste horizontale streep en de verticale teken je de ogen. (dit is moeilijk uit te
leggen op papier)
Je moet ook goed kijken wat voor ogen je hebt. Dus niet simpel een rondje maken, maar goed
kijken. Meestal hebben de ogen deze vorm (op het bord laten zien)

Dan kun je de neus gaan tekenen. Begin tussen de ogen. Kijk goed naar de vorm. Een neus is
natuurlijk niet dit (een simpele neusvorm op het bord tekenen). Laat ze goed kijken en laat de
kinderen zelf op hun eigen blad tekenen.

Bij het onderste streep komt de mond. De bovenlip zit tegen de streep aan. Een mond is niet
één streep, maar het zijn golvende lijnen

De oren zitten meestal aan de bovenkant van je ogen en aan de onderkant van je neus.

Als laatste teken je de haren. Begin niet helemaal bovenaan maar iets meer op het voorhoofd

Als de belangrijkste dingen er \in zitten laat je ze de details tekenen. De werk de ogen af met
wenkbrauwen en iris/pupil, oorbellen een bril enz.

Dan ga je een hals maken en kun je nog een stukje van je trui tekenen

Afspraken

- Heel dun tekenen, beetje schetsen (voordoen) makkelijker als je iets uit moet gummen
- Ook de hulplijntjes heel dun tekenen, want die moet je wel uitgummen
- We zijn voorzichtig met de spiegels, want die zijn geleend en moeten dus terug. Dus zorg
dat ze niet stuk raken.
-
Je tekent op het hele blad, je mag het hele blad gebruiken. Dus niet een klein gezichtje gaan
tekenen op zo'n groot blad.

Volgorde van tekenen:
1. De vorm van het gezicht
2. Hulplijntjes tekenen
3. De ogen
4. De neus
5. De mond
6. De oren
7. De haren
8. Hals en/of stukje van trui