 |
 |
 |
 |
|
 |
 |
Vingerverven
Inleiding
Verhaaltje vertellen.
Materiaal klaarzetten en
verfschorten aan trekken.
De kinderen de opdracht
uitleggen.
Stevig papier (licht blauw/
heel licht groen).
Witte, zwarte en groene
vingerverf, verfschorten.
Kern
Schaapjes verven met de
vingers. Voorbereidend
schrijven. (De kinderen
maken tijdens het verven
schrijfbewegingen, zoals
rondjes en streepjes).
Ze verven verschillende
ronde cirkels als vacht van
het schaapje.
Ook maken ze met
streepjes gras.
Zelf een keer voor doen/
voorbeeld laten zien.
Afsluiting
Kijken en eventueel
bespreken hoe ze aan de
slag zijn gegaan met de
schrijfbewegingen
Schapen ophangen.
Schapen droog laten
worden.
Ieder kind ruimt zijn eigen
materialen weer op.
Plakband of punaises.
Water om kwastjes schoon
te spoelen.