Navigation bar
  Print document Start Previous page
 2 of 3 
Next page End  

Rondeel: (begin van een rondeel)
Een stukje muziek laten horen
 
Wat komt er het eerst in je op?
Wat zie je? (welke tijd)
Welk gevoel?
- Uit de opgeschreven woorden 5 woorden kiezen die het meest aanspreken.
- Met ieder woord een zin maken die mag niet meer dan uit meer dan 5 woorden
bestaan.
- De mooiste zin kiezen en die als eerste opschrijven, dan 2 andere zinnen en dan
weer mooiste zin, dan weer 2 andere zinnen en weer afsluiten met mooiste zin.
Bijvoorbeeld:
Ik voel de spanning
De snelheid niet meer haalbaar
Het is koud in mij
Ik voel de spanning
Te kil, niet willen
Wil zo graag vluchten
Ik voel de spanning
Het avontuur tegemoet
Langs de bomen
Langs de planten
Het avontuur tegemoet
We lopen in de jungle
We banen ons een weg
Het avontuur tegemoet
Gedicht maken van een bestaand gedicht:
Lees de beginregel van een bestaand gedicht voor. 
Je vraagt aan de kinderen welk gevoel dit gedicht bij ze oproept, ze moeten dit
in 1 woord omschrijven en iedereen moet een ander woord bedenken.
Ieder kind schrijft voor zichzelf de woorden op die hen aanspreekt en dat
moeten er in ieder geval 3 zijn.
De kinderen kiezen daarna drie woorden uit die hen het allermeest aanspreekt.
Ze schrijven de beginregel van het bestaande gedicht op en maken het gedicht
af aan de hand van de drie woorden die zijzelf hebben uitgekozen.